top of page

Operatie PoesPoes

Het kittenseizoen begint stilaan weer op gang te komen. En dat betekent een hoop werk voor asielvrijwilligers om gedumpte of verwilderde katjes te gaan vangen, en dan een veilig onderkomen te bezorgen, en op zoek te gaan naar een gouden mandje

Om jullie te laten “meegenieten” van de ervaringen van zo’n vangoperatie, volgt hier het logboek van een vangactie enkele jaren geleden. Weliswaar uitgevoerd door volslagen beginners in dat soort operaties. Maar goed, dat levert dan wel een paar hilarische situaties op.

Deel 1 - Wat voorafging

Zondag 20 juli, SMS noodkreet van mijn zus: “bel mij. Asiel Schoten wil nieuwe nest poesjes van hoeve in park euthanaseren omdat ze van op privé terrein geplukt worden”.

Het verhaal: Achter het park van Schoten staat een oude hoeve, waar nogal wat rommel in de tuin ligt (lees: het ziet er een nogal marginale situatie uit), en waar inderdaad vaak poesjes rondlopen. Daar zitten blijkbaar sinds kort ook een aantal kittens bij. Volgens de info “ongeveer 5 weken oud”, maar daar heb ik mijn twijfels over; ik verwacht dat de mensen ze jonger schatten dan ze zijn. Dat is een plaats waar mensen nogal makkelijk nestjes dumpen als ze er vanaf willen. De eigenaars van de hoeve willen die katten ook niet, een aantal buurtbewoners geeft ze eten, en krijgt dan ruzie met de eigenaars, en dat soort toestanden... Er is een paar maanden geleden al eens met de gemeente gebeld om de situatie aan te pakken, maar blijkbaar niets gebeurd. En nu zitten er dus weer nieuwe kittens.

Ik overleg met de verantwoordelijken van dierenasiel Canina of die het zien zitten om voor een betere oplossing te zorgen: “Als de kleintjes nog klein genoeg zijn, dan willen we die wel nemen. We laten het aan jouw oordeel over, want alles hangt er dus beetje vanaf hoe verwilderd ze zijn en hoe jong ze zijn.” OK, da’s tenminste redelijk. Zo hebben ze tenminste een kans.

Na wat verder heen en weer gebel met de gemeente, waar men blijkbaar niet al te cooperatief is, beslissen we om zelf de poesjes te gaan vangen. We krijgen een vangkooi mee van Canina, en dan kan “operatie poespoes” van start gaan: “poes, poespoes, lekkere knabbeltjes hier...”

Deel 2 - Vrijdag 25 juli – Operatie poespoes

Om 7u ‘s morgens afspraak ter plaatse met een van de buurtbewoners die de katjes al maanden eten geeft, en verder mijn zus (die 2 straten verder woont), en ikzelf. Heel wat poesjes komen kijken of hun ontbijt al geserveerd wordt. Ik zie verschillende “kleine volwassen” katten en een paar kittens. Ik schat de kittens ongeveer 1,5 kg. Hm, da’s dus ruim 3 maanden oud en geen 5 weken, zoals ik al vreesde. Da’s eigenlijk slecht nieuws, want dan zijn we dus al te laat voor de belangrijkste socialisatie periode (tot 14 weken). Anderzijds, ik vind dat er heel wat zijn die echt wel heel dichtbij durven komen (0,5 meter), dus hoewel ze zich niet laten strelen, zijn ze niet echt heel erg bang van mensen.

We proberen toch maar even met de vangkooi naast het fietspad. Er loopt er eentje rond, probeert met pootje langs buiten aan het lekkers (natvoer) te geraken, maar ziet het niet direct zitten om IN de kooi te gaan. We kunnen de kooi daar niet laten staan, en ‘t is natuurlijk te vroeg om de eigenaars van de hoeve wakker te bellen, dus we nemen de hele installatie terug mee, en besluiten een uurtje later terug te komen.

Rond 8u30 bellen we aan. Met vangkooi. We worden vriendelijk ontvangen. De kooi wordt geinstalleerd, en de oude dame belooft ons te bellen als er iets in zit. Ondertussen hadden andere buurtbewoners nog droogvoer voor de katten gelegd, dus op die manier riskeren we natuurlijk dat ze niet genoeg honger hebben. We hopen op een telefoontje, maar verwachten dat dit toch wel even gaat duren, dus ik rij terug naar huis.

Ik ben nog geen 10 min onderweg of krijg telefoon: kom maar gauw terug, er zit er al eentje in.

Inderdaad, een klein volwassen (of eerder half-volwassen) katje, grijs getijgerd, volslagen in paniek in de kooi. Met behulp van de oude dame slagen we erin de kat over te laden in een transportbakje. Da’s 1. We zetten de kooi opnieuw klaar, vullen het natvoer bij, en gaan naar huis met onze “vangst”. We laten ze even los in een kleine logeerkamer, omdat ik graag straks opnieuw datzelfde transportbakje (met opening langs boven) wil gebruiken.

We hebben nauwelijks tijd om een bakje water te zetten, of we krijgen opnieuw telefoon: er zitten 2 kleintjes in de kooi. Joepie, 2 tegelijk nogal. Het blijkt een roske en een schildpadje te zijn. Vermits dit onze eerste ervaring met zo’n vangkooi is, vinden we het veiliger om – vermits het 2 tegelijk zijn – de hele kooi maar mee naar huis te nemen, en ze thuis over te laden in een transportbakken.

Voor nr 1 loopt dat gesmeerd. Bij nr2 zijn we beetje onhandig, en dus krijgen we een 10 min “pak me dan als je kan”-spelletje in die kamer. Maar het lukt zonder kleerscheuren: 2 kleine bange poesjes in een transportbakje.

Maar dan moet die half-volwassen poes in de kamer ernaast nog terug in een transportbakje geraken. En dat blijkt een ander paar mouwen. Er is in die leegstaande logeerkamer nauwelijks iets waar ze onder of achter kan kruipen (daarom hadden we die kamer gekozen natuurlijk), en dus kruipt ze maar de gordijnen in, tot helemaal bovenop de gordijnroede. Die (dat wisten we al) eigenlijk niet erg stevig in de muur zit, en dus ook nog eens langs 1 kant naar beneden dondert. Na 10 minuten gevecht – het arme beestje is volledig in paniek en verdedigt zich kranig – lukt het uiteindelijk toch om ze in een transportbakje te krijgen.

We beslissen om de kooi vandaag verder maar thuis te laten, en alvast met deze 3 naar Canina te rijden. Daar aangekomen zijn ze gelukkig alle 3 al een heel stukje rustiger, en in de bench laten ze zich vrij goed strelen.

We hebben dus:

  • 2 kleintjes, een ros en een schildpadje, die ikzelf zo’n 1,5 kg schat. Dus ik zou zeggen 3 a 4 maanden
  • 1 “grote” die eigenlijk helemaal niet zo groot is, en volgens de verantwoordelijke van het asiel eigenlijk ook nog een kitten is. Eerder 6-7 maanden oud

Tja, en groter dan die ene heb ik daar toch niet zien rondlopen. Dus blijkbaar zijn het allemaal nog kittens. Vermits deze 3 zich niet als compleet verwilderde katjes gedragen, gaat de verantwoordelijke van Canina akkoord dat we de rest ook mogen binnenbrengen. We gaan voor allemaal proberen een oplossing te vinden.

Deel 3 – Wat er verder nog gebeurde met dit drietal

Enkele dagen verder, en na wat overleg met de kittencoordinatrice van Canina en een paar andere gastgezinnen, is volgende oplossing uit de bus gekomen: de 3 supertamme kittens die op dit moment bij mij logeren, verhuizen naar een ander gastgezin. Dat is iets wat we slechts hoogst uitzonderlijk doen, om stress te vermijden, maar bij deze 3 komt het woord stress niet voor in hun woordenschat, en die gaan alleen maar blij zijn dat ze alweer nieuw terrein mogen gaan verkennen. Als ik ze op hun nieuwe logeeradres ga afzetten, dan laten ze duidelijk merken dat dit een heel juiste inschatting was. Wegens een fulltime job is het voor mij nu eenmaal niet haalbaar om meer dan 3 kittens tegelijk op te vangen, en bij andere gastgezinnen is het vaak gewoon te druk om bange zwerfkittens zoals die we net gevangen hebben, op te vangen. Dus vandaar even een kleine reorganizatie.

Voila, zo is er bij mij plaats voor de 2 kleintjes die we vrijdag gevangen hebben. Nr 3 (die ongeveer half jaar oud is), wordt door verantwoordelijken van het asiel nog even verder opgevolgd. Die bleek al te oud om nog echt huispoesje te worden, maar vond uiteindelijk een nieuwe thuis in de schuur bij Canina.

Het roske bleek een katertje, en werd Bollie; het schildpadje was een poesje (alle schildpadjes zijn poesjes, da’s genetisch), en werd Billie. Bollie is ongeveer een 5-tal weken bij mij blijven logeren tot hij zijn gouden mandje vond. Voor Billie duurde het allemaal wat langer, die heeft uiteindelijk bij mij eerst nog andere kleinere logeetjes mee “opgevoed”, en is dan begin november naar het “puberklasje” bij Canina verhuisd. Tja, ze kreeg steeds meer ruzie met mijn eigen katten – die vonden dat ze haar logeerperiode toch wel erg aan ’t rekken was. Bovendien, op het asiel zelf had ze ook meer kans voor adoptie, omdat daar vaak mensen gewoon langskomen. En inderdaad, nauwelijks 1 of 2 weekjes later, heeft ook zij haar gouden mandje gevonden.

bottom of page